Vrijstelling voor kleine bedrijven
Om dit telewerk te registreren, plaatst de RSZ dit weekend zijn “telewerktool” terug online, wellicht nog wel bekend van de vorige verplichte telewerkperiode. De Confederatie had aan Minister Dermagne gevraagd om de bouwsector vrij te stellen omdat onze arbeiders op de werven toch al aan aanwezigheidsregistratie doen via de module “Checkinatwork”. Maar omdat deze verplichting niet geldt voor werven tot 500.000 € werd de gevraagde uitzondering niet toegestaan. Er komt wél een vrijstelling voor ondernemingen met maximaal 5 werknemers, wat voor onze vele kleinere lidbedrijven alvast goed nieuws is.
Niet-telewerkbare functie
Nog even kort wat praktische info over de telewerktool. De RSZ wil twee getallen kennen: 1) het totaal aantal personeelsleden (dus zowel die op kantoor als op de werf) per vestigingseenheid in de Kruispuntbank Ondernemingen en 2) het aantal medewerkers daarvan dat een “niet-telewerkbare” functie heeft (wat voor het gros van de arbeiders geldt).
De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid herinnert er nog eens aan dat in die cijfers ook interims, zelfstandigen en personeel van onderaannemers meegerekend moeten worden, maar enkel als deze “derden” prestaties komen leveren in de exploitatiezetel van de onderneming (bedrijfsgebouwen of -terreinen) en niet wanneer zij op een werf actief zijn. Als bv. een zelfstandige lasser een herstelling komt uitvoeren in het atelier, dient deze meegeteld. Een ploeg stukadoors van een onderaannemer die op de werf aan de slag zijn, dienen niet in aanmerking genomen.
Uiterlijk 30 november
De aangifte voor de periode van 22 november tot en met 31 december 2021 heeft betrekking op de situatie op de derde werkdag volgend op de inwerkingtreding van het huidig besluit en moet uiterlijk worden ingediend op 30 november 2021. De volgende aangiften hebben betrekking op de situatie op de eerste werkdag van de maand en moeten uiterlijk worden ingediend op de zesde kalenderdag van die maand.